OOGJES

Definitie

  1. Een gezichtsorgaan van een mens of dier voor het waarnemen van lichtprikkels
  2. Een blik die men op iets richt
  3. Elk van de putjes op dobbel- en dominostenen die de waarde ervan aangeven
  4. Een oogvormige opening van sommige voorwerpen
  5. Een hoefijzervormig ringetje aan kledingstukken waarin een haakje wordt bevestigd
  6. Een uitgevloeide druppel vet op soep
  7. De knop van een plant
  8. Plek op een aardappel waar bij het uitlopen een worteltje kan ontstaan
  9. Oogvormig versiersel op de staart van pauwen en op de vleugels van sommige vlinders
  10. Het centrum van een cycloon waar windstilte heerst
  11. 'alleen in toponiemen': eiland
oogoogjesogenoogje

Voorbeeldzinnen

We hebben 101 voorbeeldzinnen gevonden voor oogjes.

De oogjes waren weer behoorlijk nat geweest.
Zelfs in het donker glansden zijn oogjes.
Hij nestelde zich tegen me aan en sloot zijn oogjes.
Een mooi manneke met roodblonde haartjes en blauwe oogjes.
Hij had de waakzame oogjes van een condor.
De waterige oogjes namen haar aandachtig op.
Ze hebben hun oogjes dicht en zien er tevreden uit.
Ze bewoog wat met haar armpjes en haar oogjes knipperden.
Hij straalde en zijn kleine blauwe oogjes twinkelden.
De keukenmeid kneep haar oogjes tot spleetjes.
Ze ging nu zitten en keek me met felle oogjes aan.
Hij heeft kleine glurende oogjes en hamsterwangen.
Twee bruinzwarte diertjes met glimmende oogjes.
Het hondje likte over zijn neus en deed zijn oogjes dicht.
Ze heeft een rode neus en waterige oogjes.
Die zeug keek me aan met die kleine oogjes van haar.
Hij keek de ander met samengeknepen oogjes aan.
Ze had zijn kleine handje gevoeld en in zijn oogjes gekeken.
De kleine scherpe oogjes keken scherp naar haar op.
Het kan ook dat de oogjes niet goed zijn gegroeid.
Ze knipperde plechtig met haar oogjes en hij lachte blij.
Ga nu maar voor mijn schatjes hun oogjes opendoen.
Ze vestigde haar scherpe oogjes op haar dochter.
De blik van zijn oogjes boorde zich in de hare.
Toch kwamen die oogjes hem intelligent voor.
De vrouw bleef met geile oogjes haar man aankijken.
Ze wasten af en moesten lachen om de oogjes vet.
Hij loensde met zijn kleine oogjes naar me.
Ze duwde met haar knuistjes tegen haar mond en haar oogjes.
Hij hijgde en knipperde met zijn oogjes.
Heel eventjes de koortsige oogjes openen.
Hij droeg een nekkraag en hield de oogjes gesloten.
Hij knorde van pret en zijn oogjes begonnen te glinsteren.
Hij had radeloze oogjes en liet zijn tandjes zien.
Ze wilde er graag bij zijn als hij zijn oogjes opensloeg.
oogoogjesogenoogje

Zinsverbanden.nl hoopt dat u met de zinnen voor oogjes de juiste grammatica, het juiste gebruik en goeie ideeën hebt gekregen. En dat de bovenstaande zinsverbanden u antwoord hebben gegeven op de volgende vragen:

Hoe gebruik ik oogjes in een zin?
Wanneer gebruik ik oogjes?
Hoe kan ik oogjes het beste gebruiken?
Welke woorden gebruik ik vaak als context voor oogjes?
Heb ik oogjes goed geschreven?

Wij proberen zo compleet mogelijk te zijn en voor alle woorden die wij in onze database hebben in ieder geval een paar zinnen te hebben. Wij voegen regelmatig nieuwe zinnen toe aan onze database. Op het moment hebben wij 1.8 miljoen voorbeeldzinnen en 170.000 woorden in onze database.