LEVENTJE

Definitie

  1. Het doormaken van het leven, het doormaken van de periode tussen geboorte en dood
  2. Wonen, verblijven
  3. Spreken en denken over een bepaald onderwerp
  4. Een voortbestaan van organismen, gericht op groei en/of vermenigvuldiging
  5. De tijdsspanne die men levend doorbrengt
  6. Het menselijk bestaan in het algemeen of een deel daarvan
  7. Periode dat iets in functie is
  8. Activiteit en drukte
  9. Glad
leefdenleefleeftleefdegeleefdlevenlevendeleventjelevensleventjesgeleefde

Voorbeeldzinnen

We hebben 100 voorbeeldzinnen gevonden voor leventje.

Het onbezorgde leventje van vroeger is zó ver weg.
Kun je al een beetje wennen aan het huislijke leventje?
Ze wil haar vrije leventje niet opgeven.
Aan mijn gelukkige leventje was een einde gekomen.
Toch kwam aan dat mooie leventje een eind.
Ik ben mijn rustige leventje gaan waarderen.
Voor het eerst in je primitieve leventje heb je een doel.
Hij had op Osterviel wel een heel beschut leventje geleid.
Toen was zijn leventje nog overzichtelijk.
In één klap was toen dat hele relaxte leventje afgelopen.
Ze dacht dus dat ze haar gewone leventje weer zou oppakken.
Ik wist dat mijn vreedzame leventje voorbij was.
Ik verlangde soms naar mijn leventje van voor hun komst.
Het was een rustig leventje en niemand dronk te veel.
Ze hield van haar tot in detail geplande leventje.
Niet nadat ik dat beroerde leventje van hem had bedreigd.
Hij was toen tevreden geweest met zijn leventje.
Ze zag er niet naar uit dat ze een luxe leventje gewend was.
Ze leidden een allerplezierigst leventje.
Ze was bang dat ze haar leuke leventje wel kon vergeten.
Ze stortten zich hals over kop in het luie leventje.
Het stakkertje was al aan het criminele leventje gewend.
Uiteindelijk zou ze haar oude leventje weer kunnen oppakken.
Hij heeft vrienden en leidt een druk leventje.
Hij werd het brandpunt van mijn rustige leventje.
Ze kon niet meer terug naar haar oude leventje.
Zo eentje waardoor je je oude leventje achter je kunt laten.
Heel haar nieuwe leventje komt op losse schroeven.
Ze is haar leventje beu en wil graag terug naar huis.
Ik was jaloers op hun gemakkelijke leventje.
Aan dit leventje zou ik best kunnen wennen.
Het vanzelfsprekende prettige leventje was voorbij.
Ze had tot haar vijftiende een saai leventje geleid.
Hij heeft altijd een lui leventje geleid.
Heel je mooie leventje blijkt op drijfzand gebouwd te zijn.

Zinsverbanden.nl hoopt dat u met de zinnen voor leventje de juiste grammatica, het juiste gebruik en goeie ideeën hebt gekregen. En dat de bovenstaande zinsverbanden u antwoord hebben gegeven op de volgende vragen:

Hoe gebruik ik leventje in een zin?
Wanneer gebruik ik leventje?
Hoe kan ik leventje het beste gebruiken?
Welke woorden gebruik ik vaak als context voor leventje?
Heb ik leventje goed geschreven?

Wij proberen zo compleet mogelijk te zijn en voor alle woorden die wij in onze database hebben in ieder geval een paar zinnen te hebben. Wij voegen regelmatig nieuwe zinnen toe aan onze database. Op het moment hebben wij 1.8 miljoen voorbeeldzinnen en 170.000 woorden in onze database.